Bij Fizie krijgen wij veel vragen van kleine bedrijven die WGA-eigenrisicodrager zijn geworden. Wat kunnen zij het beste doen als gevolg van de wet BeZaVa? Eigenrisicodrager blijven of terug naar het UWV?
BeZaVa staat voor de Wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (wet BeZaVa). Kleine bedrijven (grens ligt in 2014 bij een loonsom < € 307.000) betalen een gedifferentieerde premie, maar alleen op sectorniveau. Ze worden dus niet meer afgerekend op de eigen instroom, omdat de overheid WGA-instroom bij kleine bedrijven een toevalstreffer vindt.
Middelgrote bedrijven (loonsom tot circa € 750.000)
Ook middelgrote bedrijven die dicht bij deze grens liggen, hebben niet veel te maken met de eigen instroom, omdat ze slechts een heel klein procentueel deel van die schade toegerekend krijgen. Dit gaat om bedrijven met een loonsom tot circa € 750.000 (tot circa 25 werknemers maal gemiddelde loonsom). Zij hebben minder noodzaak om de WGA-schade te verzekeren en hebben niet meer te maken met de extreme uitschieters in gedifferentieerde premie als er schade is. Dat was voorheen wel een belangrijk argument voor het WGA-eigenrisicodragerschap.In onderstaand schema is bovenstaand verhaal goed te zien.

Private premies hoger dan sectorale premies
De vraag is dus wat kleine en ‘kleinere’ middelgrote bedrijven moeten doen. De private verzekeraar kijkt voor een groot deel naar de sectorrisico’s. De premieverschillen zijn vanaf 2014 niet groot meer en momenteel blijkt zelfs dat de private verzekeringspremies behoorlijk hoger liggen dan de sectorale premies bij het UWV. Het is dan ook terecht dat bedrijven de afweging maken om weer terug te gaan naar het UWV.
Een voorbeeldberekening
Als voorbeeld nemen we een agrarisch bedrijf. De sectorpremie voor een agrarisch bedrijf bij het UWV is 0,65%. Bedrijven tot € 307.000 loonsom betalen deze premie ongeacht of ze wel of niet zelf schade hebben gehad. Worden de bedrijven groter, dan geldt een gewogen gemiddelde van sectorale premie en individuele premie. Vanaf € 3.070.000 loonsom geldt alleen nog een individuele premie (=groot bedrijf). We laten hieronder zien hoe de gevolgen zijn voor de gedifferentieerde WGA-premie als het bedrijf schade krijgt (gebaseerd op de parameters van 2014).Loonsom Zonder schade Met schade € 300.000,- 0,65% 0,65% € 400.000,- 0,63% 0,68% € 500.000,- 0,61% 0,72% € 600.000,- 0,59% 0,77% € 700.000,- 0,57% 0,83% € 800.000,- 0,55% 0,86%Bij nog grotere bedrijven gaat de eigen schade zwaarder meetellen en loopt de premie harder op. Bij de verzekeraar is een schade dan juist verzekerd en draagt de verzekeraar dus de schade (inclusief de uitloop over de volle 10 jaar). Kijkend naar deze resultaten en de effecten van de eigen schade is de verwachting dat werkgevers tot circa 20 – 25 werknemers besluiten om terug te keren naar het UWV.
Verantwoordelijk voor re-integratie
Maar het UWV kent ook nadelen. De WGA-eigenrisicodrager blijft zelf verantwoordelijk voor de re-integratie van de WGA-gerechtigde. Daar dienen allerlei activiteiten voor ondernomen te worden. De private verzekeraars zeggen dit beter te doen dan het UWV. Het UWV heeft nauwelijks nog re-integratiebudget en mankracht om hier gericht mee bezig te zijn. Voor de werknemer zelf zou het dus beter zijn als de werkgever eigenrisicodrager is.Een ander argument voor eigenrisicodragerschap is dat verzekeraars soms ook al bereid zijn in de eerste twee jaar te investeren in re-integratietrajecten. Zij hebben er immers belang bij dat de werknemer zo snel mogelijk weer aan de slag gaat. Dat is een voordeel voor de werkgever.
Groeiende bedrijven
Behoort uw bedrijf op dit moment tot de categorie klein tot middelgroot? Maar is de verwachting dat de loonsom de komende jaren stijgt tot boven de € 750.000? Dan is het wellicht verstandig toch eigenrisicodrager te blijven. Dit is afhankelijk van verschillende factoren die uw adviseur met u kan doornemen.
Meer weten?
Heeft u een WGA eigen risico verzekering bij Vrieling Verzekeringen? Dan heeft u van uw adviseur bericht gehad als u het risico beter bij het UWV kunt onderbrengen. Bent u niet verzekerd via Vrieling, maar heeft u toch vragen? Neem dan gerust op de verzuimspecialist van Fizie, Guido van Zijl: 0523 – 28 27 37 of g.vanzijl@fizie.nl.